Compendium van de Sociale Leer van de Kerk, document van de Pauselijke Raad voor Gerechtigheid en Vrede, 2004
In dit document dat een overzicht geeft van de sociale leer van de rooms-katholieke Kerk kunnen we in de alinea’s 451 t/m 487 lezen welke positie de Kerk inneemt t.a.v. de zorg om de schepping c.q. de bescherming van het milieu.
Hierin wordt gesproken over de crisis in de relatie tussen de mens en het milieu en van de gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor de bescherming van het milieu. Uiteraard komen hierbij uitgebreid Bijbelse aspecten aan bod.
In het document wordt als onderliggende oorzaak van deze problemen aangewezen de pretentie van de mens om onvoorwaardelijke heerschappij over de dingen uit te oefenen: ‘De moderne tijd heeft een groeiende capaciteit van de mens gezien om transformerend op te treden. Het aspect van verovering en exploitatie van de hulpbronnen is dominant en doordringend geworden, en dit heeft heden zelfs het punt bereikt waarop het gastvrije aspect van het milieu bedreigd wordt: het milieu als 'grondstof' bedreigt het milieu als 'huis'. Door de krachtige middelen ter transformatie die de technologische beschaving aanbiedt, lijkt het soms dat het evenwicht tussen mens en milieu een kritiek punt heeft bereikt." (alinea 461)
We kunnen in de leer van de rooms-katholieke Kerk een groeiend ecologisch bewustzijn constateren; er is meer oog voor de natuur en een minder strikt antropocentrische visie dan de voorgaande eeuwen gebruikelijk was. Wel waarschuwt de Kerk ervoor te waken de natuur té belangrijk te maken door haar te vergoddelijken of haar waardigheid te prevaleren op die van de mens: ‘Een juiste opvatting van het milieu behoedt voor de utilitaristische reductie van de natuur tot een simpel object dat kan worden gemanipuleerd en uitgebuit. Tegelijk mag een juiste conceptie van de natuur het milieu niet verabsoluteren en haar doen prevaleren op de menselijke persoon inzake waardigheid. In dit laatste geval komt men tot een vergoddelijking van de natuur en van de aarde, wat men gemakkelijk kan vaststellen bij bepaalde ecologische bewegingen die vragen dat men aan hun concepties een internationaal gewaarborgd institutioneel karakter zou geven.’ (alinea 463)
Bron: Tilburg School of Catholic Theology
Externe link:
Lees het document