Lucepedia

Digitale theologische encyclopedie

Verantwoordelijke redacteur dossier: Karin Leeuwenhoek
Dossiers » Ecologische theologie » kerkelijke documentatie » Evangelium Vitae

Evangelium Vitae

Evangelium Vitae, encycliek van paus Johannes Paulus II uit 1995
De encycliek Evangelium Vitae van paus Johannes Paulus II uit 1995 gaat over de waarde en de onaantastbaarheid van het menselijk leven. De paus spreekt hierin herhaaldelijk over de noodzaak van een ‘menselijke ecologie’, in samenhang met een algehele zorg om de schepping. 

Zijn sterk antropocentrische visie komt ook tot uiting in het spreken over de ‘menselijke heerschappij over de schepping’, zoals die ook in de Schrift voorkomt.
Zie hiervoor alinea 42 van de encycliek, die gaat over de mens in relatie tot de natuur:

‘De verdediging en bevordering van het leven, de eerbiediging ervan en de liefde ervoor is een taak die God aan iedere mens toevertrouwt, wanneer Hij hem roept als zijn levende beeld om te delen in zijn heerschappij over de wereld: 'God zegende hen en God zei tot hen: 'Weest vruchtbaar en vermenigvuldigt u en bevolkt de aarde en onderwerpt haar; en beheerst de vissen van de zee en de vogels in de lucht en alles wat beweegt op de aarde' (Gen. 1, 28).

De Bijbelse tekst laat duidelijk de breedte en de diepte zien van de heerschappij die God de mens geeft. Het is in de eerste plaats een zaak van heerschappij over de aarde en over elk levend wezen, zoals het boek der Wijsheid duidelijk maakt: 'God van de vaderen, Heer van de ontferming (...) in uw wijsheid hebt U de mens toegerust om te heersen over de schepselen die U gemaakt hebt, om de wereld te besturen in heiligheid en gerechtigheid' (Wijsh. 9, 1.2-3). Ook de Psalmist verheerlijkt de heerschappij die aan de mens gegeven is als een teken van heerlijkheid en eer van zijn Schepper: 'U hebt hem heerschappij gegeven over de werken van uw handen; u hebt alles onder zijn voeten gelegd, alle schapen en runderen, en ook de dieren van het veld, de vogels in de lucht en de vissen in de zee, alles wat de paden van de zee doorloopt' (Ps. 8, 6-8).’

Niettemin benadrukt paus Johannes Paulus II dat deze door God gegeven ‘heerschappij’ de verantwoordelijkheid met zich meebrengt om al het leven te eerbiedigen, de schepping te verzorgen en te bewaken, ook voor toekomstige generaties (eveneens in alinea 42):

‘Geroepen om de tuin der wereld te verzorgen en te bewaken, heeft de mens een specifieke verantwoordelijkheid jegens de omgeving waarin hij leeft, jegens de schepping die God ten dienste van zijn persoonlijke waardigheid heeft gesteld, van zijn leven, niet alleen voor het heden maar ook voor toekomstige generaties. Het ecologische vraagstuk - van het behoud van het natuurlijke leefgebied van de verschillende soorten dieren en van andere levensvormen tot en met de eigenlijke 'menselijke ecologie' - vindt in de Bijbel een duidelijke en sterke ethische richting, die leidt tot een oplossing die het grote goed van het leven eerbiedigt, van ieder leven. Immers: 'de heerschappij die de Schepper gegeven heeft aan de mens, is geen absolute macht; men kan evenmin spreken van vrijheid 'om te gebruiken of misbruiken' of om naar willekeur te beschikken over de dingen. De beperking die de Schepper zelf vanaf het begin opgelegd heeft en die symbolisch uitgedrukt is door het verbod om 'de vrucht van de boom te eten' toont voldoende duidelijk aan dat wij m.b.t. de zichtbare natuur onderworpen zijn aan wetten die niet alleen biologisch maar ook moreel zijn en die niet ongestraft overtreden kunnen worden'.’


Bron: Tilburg School of Catholic Theology
Externe link: Lees het document